U bent hier
Verstrenging inschakelingsuitkering leidt niet tot toeloop naar OCMW
Om een kleinere groep uitkeringsgerechtigden meer te kunnen geven, moeten we af van eeuwigdurende uitkeringen. Dat bewijzen nu ook de cijfers over het aantal jongeren dat sinds de hervorming van de inschakelingsuitkering bij het OCMW ging aankloppen. De grootste groep vond een job of bleek de uitkering niet nodig te hebben. Bij het verlies van de uitkering, na drie jaar, kwam in Vlaanderen slechts 23 procent van de jongeren bij het OCMW terecht, in Brussel één op de drie (32 procent) en in Wallonië maar liefst de helft (49 procent). “Dat regionale verschil bewijst ook dat het Vlaamse beleid een pak beter aanslaat”, besluit Kamerlid Valerie Van Peel.
Deels is dat verschil te verklaren door de relatief sterkere vraag naar arbeidskrachten in het Vlaamse Gewest, maar de cijfers zijn te frappant om het verschil alleen daaraan te wijten. Op zich tonen ze aan dat de hervormingen van de federale en Vlaamse Regering hun vruchten afwerpen. “Vlaanderen heeft de laatste jaren bespaard op het overheidsapparaat en geïnvesteerd in de economie. En dat beleid loont”, stelt Van Peel. “Sinds augustus 2015 daalt de Vlaamse werkloosheid, nu al met 4 procent. Het aantal starters steeg met 4,7 procent. De Vlaamse export heeft zijn absolute toppunt bereikt: met een stijging van 2,2 procent overschreed die zelfs de grens van de 300 miljard euro. En de Vlaamse economie groeit het snelst van alle regio’s. Wallonië vindt die aansluiting duidelijk niet. De oude PS-recepten van meer overheidstewerkstelling en subsidies falen. En de armoede neemt toe, net daar waar een partij aan de macht is die zichzelf sociaal noemt.”
Bredere OCMW-ondersteuning
De cijfers bewijzen wat de N-VA steeds heeft gezegd: het grootste deel van de uitkeringsgerechtigden van vroeger hoorde niet in die OCMW-statistieken thuis. Zo blijkt bijvoorbeeld dat minder dan twintig procent van de samenwonende jonge werklozen na het stopzetten van hun inschakelingsuitkering een beroep moet doen op het OCMW. De rest vindt een job of heeft andere gezinsinkomsten. “En de jongeren die na drie jaar inschakelingsuitkering wel bij het OCMW terechtkomen, zijn net gebaat bij de bredere ondersteuning die ze daar krijgen”, stelt Van Peel. “Binnen een OCMW kan er meer op maat worden gewerkt en kunnen ook andere problemen waar die jongeren mee worstelen van dichtbij worden opgevolgd.”