U bent hier
"Men mag ons nog duizend keer racist noemen, we zullen het nooit worden"
Gisteren was opnieuw een hoogdag van polarisatie. Tijdens de uitzending van 'Hautekiet' op Radio 1 werd daarbij het belerende vingertje nog maar eens de verkeerde kant uitgestuurd.
Laat me met de deur in huis vallen: ik ben geen racist en ik ben ook geen lid van een partij die dat is. Maar ik ben het - samen met mijn kiezers - wel beu om toch weer telkens zo te worden weggezet. Dat iemand als Kristof Calvo dat consequent doet omdat hij geen inhoudelijke argumenten vindt, dat zal er dan spijtig genoeg bijhoren. Dat Dewael nog eens wat aandacht zocht, ook. Maar ik neem het niet dat het zonder tegenwind op de radio komt. Toen een professor op Radio 1 stelde dat de politiek zogezegd het klimaat creëert waarin racisme kan gedijen, vroeg Hautekiet: "U bedoelt de N-VA?". Na de "ja" die daarop volgde, kwam er zelfs geen "dat is wel een boude uitspraak", of "maakt u dat eens hard". Nee, men ging gewoon over naar de orde van de dag. Alsof het de normaalste zaak van de wereld is om de grootste partij van Vlaanderen en al haar kiezers van iets strafrechtelijk - want dat is aanzetten tot haat - te betichten. Wel, dat is het niet. En het maakt me kwaad.
Vlaanderen heeft bij de verkiezing van Miss België open en massaal gestemd voor iemand met buitenlandse roots. Met andere woorden, al die mensen keken daar gewoon en terecht voorbij. Dat enkelen met het verstand van een goudvis het toch nodig vonden racistische praat te verkopen, is schrijnend. Maar maak er niet meer van dan het is. En schuif de verantwoordelijkheid ervoor niet door naar de N-VA. Want ik zal duidelijk zijn: de stemmen van die goudvissen hoeven we niet. Wel die van de Vlaming die pleit voor een inclusieve maatschappij, maar zich niet laat muilkorven om de problemen die er wel zijn ook daadwerkelijk te benoemen. Het zijn die kiezers die zich vóór de komst van de N-VA compleet genegeerd voelden door de traditionele partijen. Ze waren het beu dat die partijen bleven doen alsof er helemaal niets aan de hand was en dat de media elke kritiek in een hokje stak. Alsof inburgering en integratie geen uitdagingen zijn die wat reflectie vragen, maar alleen een kumbaya-verhaal zijn. Die kiezers zitten vandaag bij een partij die wel naar hen luistert en haar verantwoordelijkheid opneemt met een streng, maar rechtvaardig en warm beleid. Moest het simpeler zijn dan dat, dan had het verleden ons geen gelijk gegeven. Wie denkt dat je racisme kan bestrijden door alle problemen onder de mat te vegen, heeft de laatste decennia oogkleppen op gehad. Want net dat is wat de traditionele partijen tevergeefs hebben geprobeerd. En net dat heeft de polarisatie rond dit thema alleen maar erger gemaakt.
Een partij die zaken wel benoemt zonder te veralgemenen - met een duidelijk inclusieve agenda - racistisch noemen omdat je het er nu eenmaal niet mee eens bent, is minstens even contraproductief als de bagger die soms te vinden is op sociale media over burgers met andere roots. Het maakt onze kiezers terecht kwaad. Dus voor eens en altijd: men mag mij en mijn kiezers nog duizend keer racist noemen, we zullen het nooit worden. En dat is wellicht nog het belangrijkste.